Minimumuurloon
Minimumuurloon

Minimumuurloon

Het minimumloon werd tot 2024 alleen per maand vastgesteld. Daarom had een werknemer die 40 uur per week werkte, tot 2024 een lager uurloon dan iemand die 36 uur per week werkte. Dat is natuurlijk raar en valt ook niet goed uit te leggen. Om dit te veranderen dienden de PvdA en GroenLinks eerder een initiatiefwetsvoorstel in voor een wettelijk minimumUURloon.

Dat voorstel is vervolgens aangenomen en daarom is er vanaf 2024 sprake van een wettelijk minimumUURloon. Daarmee is het minimumuurloon sindsdien voor iedereen gelijk, ongeacht de lengte van de werkweek.
Het ministerie van SZW heeft een document gepubliceerd met vragen en antwoorden over het minimumuurloon.

Het wettelijk minimumloon geldt voor alle werknemers vanaf 15 jaar. Vanaf 21 jaar en ouder geldt het reguliere minimumuurloon. Voor die leeftijd geldt er een bepaald percentage. Hier kunt u zien hoe hoog het minimumuurloon is per leeftijdscategorie.

Per 1 januari 2024 steeg het wettelijk minimumloon (WML) met 3,75% naar € 13,27 per uur voor werknemers van 21 jaar en ouder. Per 1 juli 2024 wordt het opnieuw verhoogd en wel met 3,08%. Het wettelijk bruto minimumuurloon voor werknemers van 21 jaar en ouder bedraagt dan €13,68 per uur. Het gaat om een reguliere indexatie; elk half jaar stijgt het mee met de cao-lonen.

Werknemers die niet het minimumuurloon betaald krijgen kunnen zich wenden tot de Nederlandse Arbeidsinspectie. De Arbeidsinspectie heeft op haar website een formulier waarmee e.e.a gemeld kan worden. Dit mag ook anoniem.

Wat doet de Nederlandse Arbeidsinspectie

Beslist de Nederlandse Arbeidsinspectie dat de werkgever inderdaad minder betaalt dan het minimumloon? Dan krijgt hij direct een boete. De werkgever moet het achterstallig loon binnen 4 weken betalen. Doet hij dit niet? Dan kan de Nederlandse Arbeidsinspectie de werkgever een dwangsom opleggen.

Naar de kantonrechter

Een werknemer kan zich, als hij minder loon krijgt dan het minimumloon en zijn werkgever het loon niet wil verhogen, ook tot de kantonrechter wenden en aldaar het achterstallig loon over de 5 voorgaande jaren vanaf de dag waarop hij recht had op het loon, opeisen van de werkgever. Dit geldt ook voor achterstallige vakantietoeslag. De rechter kan daarbij ook wettelijke rente en wettelijke verhoging (5% per dag voor de vierde tot en met de achtste werkdag na de dag waarop het loon moest worden betaald; daarna 1% voor elke volgende werkdag, met een maximum van 50% van het loon) toekennen.

Wilt u meer informatie over lonen en het belonen van uw werknemers, bel dan met ons kantoor!

Problemen met uw werknemer? Overweeg eens mediation en bel 06-54361439