Op 1 januari 2025 treedt de nieuwe Wet vereenvoudiging en modernisering bewijsrecht in werking. Deze wet wijzigt het civiele bewijsrecht. Het doel van deze wet is om het proces rondom bewijsvoering eenvoudiger, moderner en efficiënter te maken. In deze blog lees je alles over de belangrijkste veranderingen.
Wat is bewijsrecht?
Het bewijsrecht regelt hoe partijen in civiele procedures bewijs kunnen leveren en welke regels daarbij gelden. Denk aan:
- Vormen van bewijs: schriftelijke stukken, getuigenverklaringen, video- of audio-opnamen, en deskundigenberichten.
- Bewijslast: wie moet aantonen dat een feit klopt? Dit blijft in de nieuwe wet ongewijzigd.
- Bewijswaardering: hoe beoordeelt de rechter het geleverde bewijs?
Met de nieuwe wet wordt de focus gelegd op modernisering en verduidelijking van deze regels.
De belangrijkste veranderingen in het bewijsrecht
De nieuwe wet introduceert een aantal verbeteringen in het bewijsrecht. Hieronder bespreken we de meest opvallende wijzigingen:
1. Eenvoudiger bewijsverrichtingen combineren
Het wordt mogelijk om de rechter in één verzoek te vragen om meerdere bewijsverrichtingen toe te staan. Zo kun je bijvoorbeeld een getuigenverhoor combineren met een deskundigenonderzoek of inzage in documenten. Dit bespaart tijd en maakt het proces overzichtelijker.
2. Uitbreiding en verduidelijking van het inzagerecht
Het recht op inzage (exhibitievordering) wordt uitgebreid:
- Het inzagerecht geldt voortaan ook voor documenten die in bezit zijn van derden die geen partij zijn in het geschil.
- Het wordt expliciet gemaakt dat moderne informatievormen, zoals computerbestanden, onder het inzagerecht vallen.
3. Actievere rol voor de rechter
De nieuwe wet geeft de rechter een actievere rol. Tijdens zittingen kan de rechter met partijen in gesprek gaan over aangevoerde feiten en de grondslag van de vordering. Dit voorkomt dat belangrijke feiten onderbelicht blijven of verkeerd worden geïnterpreteerd.
4. Bewijsbeslag wordt wettelijk vastgelegd
De mogelijkheid om bewijs veilig te stellen door bewijsbeslag te leggen, wordt wettelijk geregeld. Een gerechtsdeurwaarder kan hiermee bewijsmateriaal in beslag nemen, bijvoorbeeld documenten of digitale bestanden. Dit moet worden gevolgd door een exhibitievordering waarin om inzage of afgifte van de stukken wordt gevraagd.
5. Proces-verbaal van constateringen
Het wordt mogelijk om een gerechtsdeurwaarder te vragen een objectieve beschrijving te maken van een feitelijke situatie in een proces-verbaal van constateringen. Dit proces-verbaal levert dwingend bewijs op in een procedure.
6. Vrije bewijswaardering van partijgetuigenverklaringen
De beperkte bewijskracht van verklaringen van partijen zelf komt te vervallen. Dit betekent dat de rechter ook deze verklaringen vrij kan waarderen, net als andere bewijsmiddelen.
Wat betekent dit voor juridische procedures?
De nieuwe regels zijn van toepassing op procedures die na 1 januari 2025 starten. Lopende procedures blijven onder het oude recht vallen. Dit voorkomt onzekerheid voor partijen tijdens een al lopende zaak.
Waarom deze wijzigingen?
De nieuwe wet speelt in op moderne behoeften:
- Digitalisering: Denk aan de rol van digitale bestanden als bewijsmateriaal.
- Efficiëntie: Eén verzoekschrift voor meerdere bewijsverrichtingen bespaart tijd.
- Materiële waarheidsvinding: De actieve rol van de rechter helpt om feiten vollediger en correcter te beoordelen.
Conclusie
Met de Wet vereenvoudiging en modernisering bewijsrecht worden juridische procedures toegankelijker en efficiënter. Voor partijen betekent dit dat zij eenvoudiger en sneller aan bewijs kunnen komen, terwijl rechters meer tools krijgen om tot een rechtvaardige uitspraak te komen.
Meer weten? Neem contact met ons op!